Nieuws
Het zijn onzekere tijden van thuisblijven en zo min mogelijk menselijk contact. Voel jij je goed en wil je graag de natuur in tijdens de eerste tekenen van de lente? Dan raden we je aan: ga het bos in! Om je helemaal over de streep te trekken, klinkt er in het Speulderbos in Garderen regelmatig de typerende roffel van de specht. Die moet je horen!
“Ja, stil eens!” Een priemende vinger in de lucht en een half open mond verraden de concentratie van deze wandelaar in het Speulderbos. Samen met zijn vrouw staat hij daar. Midden op het bospad, als aan de grond genageld. Hun hoofden gaan langzaam heen en weer, terwijl hun ogen beginnen te glimmen bij het horen van de welbekende lokroep van de specht. “Ta ta ta ta ta…” Nu eens links, dan weer rechts. De onnavolgbaarheid en de onzichtbaarheid van de beestjes maakt ze tot een mysterie in de toppen van de bomen, slechts te zien door een enkele geluksvogel.
Waar de naam een forse vogel doet vermoeden, is de grote bonte specht relatief klein. Met een maximale lengte van 24 cm van kop tot staart zou je hem gemakkelijk over het hoofd kunnen zien. Hoewel: bij de mannetjes zorgt het rode accent op de kop en de onderbuik voor een opvallend, kleurig detail. Het werkterrein van spechten bevindt zich zowel hoog als laag in het bos. De vogel haalt zijn voedsel al naar gelang het seizoen uit het mos aan de voet van een boom en uit de zaden van naaldbomen. In de voorjaarsmaanden april en mei maakt de specht een nest in boomholtes, waarbij er na gemiddeld twaalf dagen broeden zo’n vier tot zeven jongen geboren worden. Ook hun luidruchtige geluid is in de eerste weken maar al te goed hoorbaar.
En dan het kenmerkende geluid van de specht: zijn roffel. Die lokroep klinkt om verschillende redenen. Allereerst gebruikt de vogel het om zijn territorium af te bakenen. “Hoor je mijn roffel? Dan ben ik hier de baas!” De tweede belangrijke reden is – hoe kan het ook anders – de liefde. Door opvallend lang te roffelen, worden vrouwtjes aangetrokken en raken zij gecharmeerd. Door terug te roffelen, ontstaan er hele ‘gesprekken’ die als passant op de grond geweldig zijn om naar te luisteren. En hoofdpijn van al dat getik? Dat krijgen de spechten niet, zo hebben wetenschappers onderzocht. Hun kleine hersenen, beperkte hoeveelheid hersenvocht en sterke beenderen zorgen ervoor dat de specht naar hartenlust kan blijven rammen, tot wel zestien slagen per seconde. Don’t try this at home!