Vijftig jaar orgels bouwen

Door: Gonny Livestroo.

In 1966 bouwde Gerrit Klop in de garage van zijn woonhuis in De Meern (U) zijn eerste, bestelde, klavecimbel. Nu, 50 jaar later, is Klop Orgel en Klavecimbel bouw, mede dankzij Gerrit’s zoon Henk, een modern en dynamisch bedrijf met 10 full-time medewerkers. Naast een receptie voor genodigden wordt op 4 maart, aanvang 20.00 uur, het 50-jarig jubileum op gepaste wijze gevierd door middel van een orgelconcert. Dit concert wordt gegeven door vader en zoon Jan en David Jansen in de Bethabarakerk in Voorthuizen, waar iedereen van harte welkom is.

Hoewel de orgels en klavecimbels van Klop tegenwoordig hun weg vinden naar landen overal ter wereld, was daar ruim 50 jaar geleden nog geen sprake van. Het eerste klavecimbel dat Gerrit Klop bouwde was pure liefhebberij. Dit klavecimbel viel in de smaak bij iedereen die het zag en hoorde en al snel kwam de vraag om ook voor anderen zo’n klavecimbel te bouwen. Klop schreef zich in bij de Kamer van Koophandel en besloot zich voortaan geheel te wijden aan het bouwen van klavecimbels. De garage bleek al snel te klein en daarom verhuisde het gezin Klop naar Garderen, waar het bedrijf nu nog steeds gevestigd is. Het eenmansbedrijfje werd al snel uitgebreid met 2 medewerkers en ook werden er orgels in de werkplaats aan de Paleisweg gebouwd. Ook de bestellingen uit het buitenland lieten niet lang op zich wachten. Oudste zoon Henk was al vroeg vertrouwd met het werk van zijn vader. Het fascineerde hem en vaak ging hij even naar de werkplaats om een kijkje te nemen. Toch koos hij in eerste instantie een andere weg dan zijn vader en deze legde hem geen strobreed in de weg. Na een studie Chemische Techniek werkte Henk dan ook enkele jaren bij een bedrijf in Enschede.

Hernieuwde interesse
Henk: ,,Een muziekinstrument bouwen is niet alleen technisch complex, je moet er ook aanleg en gevoel voor hebben en muzikaal zijn”. Gelukkig voor Klop sr. besefte zijn zoon Henk dat ook hij deze eigenschappen bezat en hij bezag het bedrijf met hernieuwde interesse. Henk: ,,Een bedrijf als dit is zo uniek. Dit moet uit jezelf voortkomen. Dwang heeft geen enkel zin”. In 1985 kwam Henk bij zijn vader in de zaak en heeft daar tot op de dag van vandaag nog geen minuut spijt van gehad. Tien jaar later droeg Gerrit de leiding over aan zijn zoon die verteld ‘de lat’ voor zijn werknemers soms wel heel hoog te leggen. Voor het bouwen van een orgel of klavecimbel bestaat geen opleiding. Alles wordt in de praktijk geleerd. Elk onderdeel wordt in de werkplaats in Garderen gemaakt. Ook de orgelkast en het houtsnijwerk wordt hier op ambachtelijke wijze en naar historisch voorbeeld vervaardigd. Henk: ,,We proberen een hoge mate van verfijning te bereiken en de medewerkers moeten vaak tot aan de grenzen van hun kunnen werken. Daar moet je wel tegen kunnen natuurlijk en daarom vertrekt er wel eens iemand, hoewel de meesten hier al heel lang werken”.

Derde generatie
Sinds de komst van internet zijn de bestellingen vanuit de gehele wereld alleen maar toegenomen. Henk: ,,De conservatoria in Den Haag en Amsterdam hebben erg goede docenten en buitenlandse studenten die hier hun masteropleiding of andere specialisatie volgen, zien hier onze instrumenten. We nodigen zulke studenten dan ook regelmatig uit om hier te komen oefenen of een klein concert te geven. We willen graag goed contact met jongeren, ook omdat sinds ca. 2 jaar onze zoon Niels in het bedrijf werkt. De 3e generatie! Ons bedrijf is wel al 50 jaar, maar aan de andere kant zijn we ook weer heel jong en modern. Daarom zijn we ook een leerbedrijf, zodat er aandacht is voor de opleiding van jongeren”. En wat opleidingen betreft is Henk ook blij met de Muziekschool Barneveld die een docent orgel/klavecimbel heeft aangenomen. Het contact met verschillende opdrachtgevers ervaart Henk als heel plezierig. Henk: ,,Zo zijn we momenteel, in opdracht van een Katholieke kerk vlak bij Wenen, bezig aan een 2 klaviers kerkorgel met 14 registers. In november kwam de pastoor een weekje over om hier een kijkje bij de bouw te nemen, dachten wij! Net aangekomen trok hij een overall aan en zette een pet op. Bij het zien van onze verbaasde gezichten legde hij uit dat hij hier niet kwam om te lanterfanten, maar om een wezelijke bijdrage te leveren aan de bouw. En dat heeft hij gedaan. Fantastisch toch?”. Henk, die nog met volle teugen van zijn bijzondere werk geniet, zegt blij te zijn dat zijn vader destijds voor Garderen gekozen heeft. Henk: Ik denk dat de sfeer van de omgeving , het landelijke, bepalend is voor de kwaliteit van ons product.